Esperanto
FEL, waar de Esperantobeweging beweegt!
Contacteer ons Contacteer ons
Zoek op de Esperanto-webstek

recensie Kosmo kaj ni

Wist je dat zoals Venus schijngestalten heeft, Mars, Jupiter en de andere buitenplaneten (die planeten wier baan om de zon niet tussen de zon en de aarde ligt) een schijnbeweging maken op hun tocht rond de zon? Hoe heet de big bang (de oerknal) in het Esperanto? Hoe weet men dat het heelal eindig is? Hoe oud is het heelal? Hoe berekent men afstanden en gewichten van sterren en planeten? Deze en gelijkaardige basisvragen over sterrenkunde worden beantwoord in Kosmo kaj ni, een populariserende inleiding in de sterrenkunde van David Galadí-Enríquez en Amri Wandel.

David Galadí-Enríquez is verbonden aan het Centrum voor Astrobiologie nabij Madrid. Amri Wandel is professor in de astrofysica, verbonden aan de universiteit van Jeruzalem. Hij heeft ook gedoceerd aan de universiteiten van Princeton en Stanford (VS) en aan het Wetenschappelijk Weizmann Instituut van Israël.

Het werk is opgevat als een reis van dichtbij naar verweg. Die structuur wordt a.h.w. in het klein voorgesteld in het eerste hoofdstuk dat de schaal van afstanden visueel presenteert. Zo krijgt de lezer een concreet beeld van een afstand. Dat wordt bevorderd door afstand, snelheid en manier van voortbewegen met elkaar in verband te brengen. Als je weet dat de snelste zwemmer ongeveer 6 km per uur zwemt, hoeveel tijd heeft hij dan nodig om van Lissabon naar New York (5400 km) te zwemmen. Als je per auto naar de maan wil reizen, dan moet je voor dat tochtje toch minstens 40 dagen uittrekken, te voet ben je ruim 7 jaar onderweg.

Vanaf het tweede hoofdstuk wordt de hele ruimte verkend. We beginnen met het eigen zonnestelsel. Eerst worden de diverse bewegingen van de aarde en de andere planeten bekeken. In hoofdstuk drie wordt uitgelegd wat de bewegingen van zon en maan betekenen voor het berekenen van maanden, jaren, seizoenen... In hoofdstuk vier komen elk van onze buren met hun specifieke eigenschappen aan de orde.

Daarna verlaten we ons zonnestelsel om een kijkje te nemen aan het firmament. Hoe verandert dat door het jaar heen en wat kan men van waar zien. Nu komen andere sterren aan de beurt: hun glans, samenstelling, grootte, omvang, temperatuur, leeftijd, afstand van de aarde... Maar ook sterren zijn niet onafhankelijk. Zij hangen in groepen samen: bolvormig, als nevel of als melkweg.

In hoofdstuk acht wordt het wat technischer. Er wordt gesproken over de diverse typen telescopen en hoe die moeten worden opgesteld om observaties te kunnen verrichten. Hierna verlaten we de sterrenkunde en betreden we het domein van de astrofysica: de wetenschap die zich bezighoudt met het ontstaan en de evolutie van het heelal. Naast vragen over leeftijden, afstanden, groei,... worden hier ook vragen gesteld als: Is er leven buiten de aarde, kunnen we dat vinden en hoe verloopt het huidige onderzoek naar buitenaards leven. Het SETI-project is een mooi voorbeeld van die zoektocht. De vragen kunnen nu al worden gesteld... antwoorden moeten we de eerstvolgende eeuwen nog niet echt verwachten.

Al die basiskennis wordt op een vlotte manier aangebracht en het boek is in een begrijpelijke taal geschreven. Toch wordt er af en toe een beetje te snel over één of ander element heengegaan, zodat de lezer halt moet houden om een formule iets grondiger te analyseren of een berekening over te maken... En hoewel er niet heel veel onbekende woorden zijn, had een woordenlijstje met de belangrijkste termen niet misstaan. Ook worden een aantal evidente vragen niet duidelijk beantwoord. Het hoofdstuk dat de “raadsels van het heelal” behandelt, is wat kort van stof. Meestal worden de raadsels enkel vernoemd, zonder dat een poging wordt gedaan om uit te leggen waaruit het raadsel precies bestaat. Twintig lijntjes om uit te leggen wat een zwart gat is, lijkt mij te weinig voor de gemiddelde lezer. Niettemin zal die aan dit boek heel wat interessante informatie kunnen ontlenen.

Guido Van Damme

David Galadí-Enríquez en Amri Wandel, Kosmo kaj ni. Vlaamse Esperantobond, Antwerpen, 2001. 3de uitgave 2018. ISBN 90 71205 92 4. Formaat:13,50 x 20,7 cm, 200 p. Prijs: 18,00 EUR + verzendingskosten.

Laatste aanpassing van deze bladzijde: 09-05-2020